4
De relatie tussen de staat, ondernemers en organisaties

Hoe kan de staat voldoen aan de verplichtingen op het gebied van de mensenrechten?    

Windmolenpark

Aangezien de staat de belangrijkste partij is die verantwoordelijk is voor de eerbiediging, bescherming en naleving van de mensenrechten van alle personen in zijn rechtsgebied, heeft de staat concrete taken die voortvloeien uit de internationale en nationale regels en normen. De staat moet de nodige maatregelen nemen om te voorkomen dat het handelen of nalaten van zijn agenten of van private organisaties en personen nadelige gevolgen heeft voor de mensenrechten. Deze verplichtingen kunnen worden geconcretiseerd door middel van beleids-, wetgevings-, administratieve of gerechtelijke acties. In de richtsnoeren en algemene opmerkingen van de VN-agentschappen wordt verwezen naar een aantal concrete acties. Enkele daarvan worden hieronder samengevat:

De staat moet: Met betrekking tot zijn eigen entiteiten en agenten,
  • Ervoor zorgen dat zij de mensenrechtenverplichtingen van de staat kennen en naleven wanneer zij hun eigen activiteiten uitvoeren, door hen te informeren, op te leiden en permanent te ondersteunen.
  • Nagaan of zijn beleid, regelingen en overeenkomsten geen negatieve gevolgen hebben voor de mensenrechten. Indien nodig, dient de staat effectbeoordelingen van de mensenrechten op te vragen en uit te voeren om daadwerkelijke of potentiële conflicten tussen dit beleid en overeenkomsten met de mensenrechtenwetgeving in kaart te brengen. Als uit de effectbeoordeling blijkt dat er een risico van negatieve gevolgen voor de mensenrechten bestaat, moet de staat de nodige maatregelen nemen om de negatieve gevolgen aan te pakken.
  • De nodige wetgevende, administratieve of gerechtelijke maatregelen nemen om de mensenrechten te beschermen en doeltreffende rechtsmiddelen toe te kennen.
  • Alleen economische stimulansen geven of overeenkomsten met private organisaties sluiten wanneer deze verenigbaar zijn met zijn verantwoordelijkheden op het gebied van de mensenrechten.
  • Toezicht houden op deze activiteiten gedurende de gehele periode van uitvoering.
  • Vergunningen, subsidies, verzekeringen, economische stimulansen, overheidsopdrachten, exportkredieten en andere vormen van staatssteun intrekken wanneer er bewijzen zijn dat deze verband houden met schendingen van de mensenrechten.
  • Waar nodig, de lacunes op het gebied van naleving en informatieverstrekking aanpakken.
  • Corruptie bestrijden.
  • De naleving van de mensenrechten in PPP's en privatiseringsprocessen afdwingen door te zorgen voor universele dekking, continuïteit en betaalbaarheid van de dienstverlening en participatie van de gebruikers.
  • De intellectuele-eigendomsrechten beschermen zonder andere mensenrechten te schenden, zoals het recht op de voordelen van wetenschappelijke vooruitgang, toegang tot essentiële geneesmiddelen of tot productiemiddelen, of het recht van inheemse volkeren op hun traditionele kennis en genetische hulpbronnen.
  • Ervoor zorgen dat de agentschappen voor ontwikkelingssamenwerking, aanverwante ministeries, instellingen voor exportfinanciering, enz. de nodige mechanismen invoeren om na te gaan of hun activiteiten en de activiteiten van organisaties die met overheidsmiddelen worden gesteund, in overeenstemming zijn met de mensenrechten en het humanitaire recht. Dit kan door het opstellen van controlelijst van indicatoren, of door het opzetten van elektronische gegevensbestanden die publieke en private organisaties kunnen raadplegen om relevante mensenrechten risico’s, risicozones en potentiële partners te identificeren.
De staat moet: Met betrekking tot private organisaties
  • De activiteiten en mensenrechtenverplichtingen van private organisaties die in zijn rechtsgebied actief zijn, reguleren en de naleving ervan afdwingen wanneer deze niet vrijwillig worden geëerbiedigd. Een van de opties kan zijn om een gepast zorgvuldigheidsonderzoek  op het gebied van mensenrechten en/of effectbeoordelingen  te vragen, om de risico's van mensenrechtenschendingen te identificeren, te voorkomen en te beperken alvorens een licentie, een label of een economische stimulans toe te kennen. Dit kan worden uitgebreid naar de waardeketens van deze organisaties.
  • Toezicht en controle uitvoeren op de naleving van de mensenrechtenverplichtingen van organisaties en actoren.
  • Toegang verschaffen tot kennis en informatie over de mechanismen voor de naleving van de mensenrechten.
  • De belangen van organisaties respecteren, maar binnen de parameters van internationale en nationale mensenrechtenregels en -normen.
  • De effecten van de activiteiten van private organisaties op lokale gemeenschappen te beoordelen en de participatie van belanghebbenden te garanderen.
  • Tussenbeide komen wanneer de activiteiten van private organisaties een groot risico lopen op ernstige negatieve gevolgen voor de mensenrechten. Bijvoorbeeld het beperken van goederen en/of diensten die schadelijk kunnen zijn voor de consument, het vaststellen van een fatsoenlijk minimumloon, het verbieden van discriminatie op grond van geslacht, enz.
  • Bevorderen van de toepassing door organisaties van rapporteringsinstrumenten die expliciet informatie bevatten over feitelijke of potentiële risico's op negatieve gevolgen voor de mensenrechten en de manier waarop deze worden aangepakt. Deze rapporteringsystemen moeten op hun beurt de voorschriften inzake gegevensbescherming beschermen.
  • Organisaties ondersteunen bij het uitvoeren van overleg met belanghebbenden, gepaste zorgvuldige en effectbeoordelingsprocessen wanneer zij in conflictgebieden actief zijn; organisaties beter begeleiden bij hun taken en het risico van grove schendingen van de mensenrechten.
  • Verbieden en intrekken van staatssteun aan organisaties die betrokken zijn bij grove schendingen van de mensenrechten en klachtenmechanismen instellen om feedback te ontvangen van feitelijke of potentiële betrokkenen.

.

De staat moet: Ten opzichte van andere staten,
  • De beleidsruimte van andere staten respecteren om hun eigen mensenrechtenverplichtingen na te komen bij de onderhandelingen over en het sluiten van internationale overeenkomsten.
  • Samenwerken met gastlanden van organisaties met hoofdzetel in België wanneer zij niet in staat zijn om toezicht te houden op de mensenrechten, om ervoor te zorgen dat deze organisaties niet betrokken zijn bij grove schendingen van de mensenrechten. Deze samenwerking kan ten uitvoer worden gelegd door middel van regelgeving en bij vonnis (“adjudication”) met betrekking tot de organisaties met hoofdzetel in België.
  • Zijn eigen organisaties ertoe aanzetten de regels en normen op het gebied van de mensenrechten in de gastlanden na te leven. Dit kan onder meer inhouden dat organisaties met hoofdkantoor op hun grondgebied concrete waakzaamheidsplicht wordt opgelegd met betrekking tot hun eigen waardeketens, dat de raadpleging van belanghebbenden wordt bevorderd, dat internationale samenwerkingsovereenkomsten worden gesloten om belastingontduiking of verrekenprijsstrategieën te voorkomen, zoals Taxes Multilateral Convention to Implement Tax Treaty Related Measures to Prevent Base Erosion and Profit Shifting.
  • Buitensporige bescherming van het bankgeheim en liberale regels op het gebied van de vennootschapsbelasting vermijden.
De staat moet de toepassing van de volgende instrumenten door openbare en private organisaties bevorderen,

Rapportering

Gepaste zorgvuldigheid op het gebied van mensenrechten en effectbeoordeling

Operationele Klachtenmechanismen

Zelfevaluatie van de naleving van de mensenrechten